Q-koorts: Onweer in het paradijs van ‘Glossy Gerda’ – II

glossy gerda
 
Lees eerst >> deel I

Met de regelmaat van een klok melden de media dat het klimaat in Nederland guur is geworden. Negen van de tien keer doelen ze op het al jaren slepende islamdebat ofwel op de verharde opstelling van de autochtone Nederlander tegenover immigranten en allochtonen. Er tekent zich echter steeds scherper een andere tweedeling af, namelijk die tussen boer en burger.

Vreemd genoeg is er nauwelijks aandacht voor deze tweedeling, één die zich voltrekt tussen twee bevolkingsgroepen die beiden spruitjes lusten, enerzijds plattelanders en anderzijds stedelingen, bewoners van dorpskommen meegerekend.

Meer en meer brengen de actualiteitenrubrieken echter de confrontaties tussen boer en burger in de huiskamer. Bij voorbeeld die tussen de agrarische ondernemer in het Limburgse Heythuyzen / Leudal, die op korte afstand van de bebouwde kom een megastal voor 400.000 kippen en een megastal voor 1600 zeugen en 16.000 biggen exploiteert en de actiegroep  ‘Gezond wonen in Leudal’ van voorvrouw Truus Cornelissen. Zij vreest niet zonder reden het door deze combinatie geproduceerde fijnstof waarin allerlei zoönosen de mens rechtstreeks bedreigen. Al met al zijn er al 26 soortgelijke actiegroepen van verontruste burgers actief in het land, die op toenemend gehoor van gemeenten en provincies kunnen rekenen. Tot frustratie van boeren die hun beoogde bedrijfsexpansie geblokkeerd zien.

In de uitzending van Nova van 29 januari 2010 worden de oplopende spanningen tussen boeren en burgers op een indringende wijze in beeld gebracht. De kijker blijft niet onaangedaan bij het zien van het tenenkrommende twistgesprek tussen de actievoerster ( “wij hebben gewoon last van jullie”) en de boerin (“ een boer moet ontwikkelen, anders is het absoluut einde verhaal”). 

megastal
 Varkensflat in de gemeente Buren ( foto: Marcel van den Bergh / de Volkskrant)

Welk paradijs bedoelt u minister Gerda Verburg?
Vermoedelijk vindt u zichzelf al dapper, dat u het onderwerp Q-koorts aandacht geeft in uw nostalgische en romantische Dirndl-uitgave.

Over de Q-koorts laat u drie ‘betrokkenen’ kort aan het woord.

Het klinkt mij tussen de regels door allemaal veel te veel als een natuurramp die over ons heen is gekomen. Als een van de plagen van Egypte. Alsof er geen enkele relatie zou bestaan met een structureel landbouwbeleid dat decennia lang, overwegend onder regie van het CDA, is gevoerd. En alsof daarvoor geen enkele verantwoordelijkheid zou behoeven te worden genomen.

Hier volgt uw drietal betrokkenen bij de Q-koorts, met een kort citaat mijnerzijds:

* Bisschop Hurkmans, zowel  aan het adres de geitenboeren als tegen de Q-koorts-patienten:
“Pijn, verdriet en teleurstelling kunnen overweldigend zijn…….Laat je niet afleiden door de schuldvraag. Daarmee kom je onder de stolp van boosheid te zitten, het wordt een welles-nietes dat je klem zet”

* Boerin Jeanette van de Ven: “Als we niet meer mogen fokken droogt ons geitenbedrijf op.”

* Q-koorts- patiënte ( al 10 maanden):Jacqueline van den Bos: “Hoofdpijn, gewrichtspijn, hoesten, koorts en moe, moe, moe..… Alles wordt minder, . Ik doe wat ik moet doen, de leuke dingen gaan niet meer.”

De kolom ‘Feiten’ sluit u als volgt af: “Toen in 2007 de eerste mensen ziek werden, is onderzoek ingezet om de bron te herleiden. Vervolgens nam de overheid verschillende maatregelen, eerst een bezoekverbod, maatregelen voor het opslaan en uitrijden van mest en vaccinatie van de dieren, later ruimingen en fokverboden. Zowel de ziekte en de maatregelen hebben grote gevolgen.”

Zonder een tijdlijn ernaast lijkt deze opsomming van maatregelen nog heel wat. Hoe dit uitpakt zal blijken uit  het rapport van het lopende parlementaire onderzoek. Vooralsnog houd ik het bij mijn intuïtie, zoals beschreven in mijn blog van 9 december j.l.

Kort samengevat: U draagt de verantwoordelijkheid voor het bestuurlijk getalm van u en uw collega minister Ab Klink van Volksgezondheid. Niks optreden vanuit het voorzorgprincipe, maar voortdurend tijd rekken met verwijzing naar meer wetenschappelijke kennis. Moest bovenal de toch al geplaagde agrarische sector weer uit de wind worden gehouden? Wie het fijne wil weten moet de Zembla-tv-uitzending van 6 december j.l. nog eens bekijken.

Waarom werkten uw LNV-diensten systematisch de GGD’s tegen bij hun pogingen om informatie te verkrijgen in het belang van de volksgezondheid. Onweerde het alleen boven de boerderijen en niet boven de naburige dorpen?

Minister Gerda Verburg, zelfs met de Tweede Kamermotie van treurnis aan uw broek, bleef u – in de van uw voorman JPB bekende halsstarrige stijl – zondag tegenover TV-presentator Jair weigeren ruiterlijk uw miskleun te erkennen. Eigenlijk moesten alle anderen eens ophouden om zo onsportief te focussen op de toch zo originele vormgeving.

Ik hoop u op het idee gebracht te hebben dat er op de inhoud ook wel wat is af te dingen.

Ook had ik het Ministerie van LNV, dat mij wegens familiaire banden niet koud laat, een waardiger vehikel voor haar 75-jarig jubileum gegund!

Over Joop van Haaften

Man - 1943 - Vrijwilliger in de NL Samenleving Liefhebberijen: opa zijn, schrijven, zingen, tuinieren, muziek, beeldende kunst, filosofie en religie.
Dit bericht werd geplaatst in Joop van Haaften-2010-03 en getagged met , , , , . Maak dit favoriet permalink.

2 reacties op Q-koorts: Onweer in het paradijs van ‘Glossy Gerda’ – II

  1. Smokey zegt:

    Het wordt over een poosje de waanzin ten top. Dit kan toch zo niet doorgaan? De mensen zien misschien zelf niet meer waar ze mee bezig zijn.

  2. Joop van Haaften zegt:

    @ Smokey
    Inderdaad, ik denk ook dat men vaak niet weet waar men mee bezig is. Ik begrijp wel dat mensen vaak uit een eerste reflex voor emoties en belangen kiezen die dicht bij hun huid en wortels liggen.
    Maar als je even iets meer afstand neemt, dan zie je toch dat het de verkeerde kant opgaat. De ruimte is er domweg niet voor miljoenen mensen en dan ook nog eens miljoenen stuks klein en groot vee in sardienenblikken, al zijn ze nog zo groot.
    Een al veel te ver doorgeziekt probleem is dat massa’s boeren, vooral veetelers, zich als een soort paria’s in de hoek gedreven voelen en vervolgens vanuit een egelstelling proberen terug te vechten met irreele plannen tot schaalvergroting en investeringen. Vanuit de positie kun je niet van hen verwachten dat ze tot zelfkritiek komen.
    Wij burgers/consumenten zullen in de eerste plaats aandacht en begrip voor hun emoties – grootschalige bedrijven zullen onvermijdelijk ruimte buiten NL moeten zoeken – voor dit ‘Verdriet van Nederland’ moeten tonen. Vervolgens zullen wij als consumenten bereid moeten zijn beduidend meer te te gaan betalen voor het product van de boer, zodat hij weer voor productiemethoden op menselijke maat kan kiezen.
    We kunnen dus allemaal onze borst nat maken. Maar volgens mij dat levert veel meer op dan elkaar als voedselvragers en voedselmakers in de haren te vliegen!

Plaats een reactie